Farmaco-economie (demo)
2018/1
Farmaco-economie (demo)
2018/1
Samenvatting
In de Nederlandse gezondheidszorg gaat circa 100 miljard euro om, afhankelijk van de exacte definitie. Zo hebben het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) en het Cultureel Planbureau (CPB) alle hun eigen specifieke definitie. We hebben het dan overigens meestal over de gezondheidszorgkosten, met de nadruk op kosten, terwijl we ons de baten mogelijk niet altijd even goed realiseren. Met de gezondheidszorg wordt namelijk gezondheid 'geproduceerd'. Gezondheid die vervolgens een langer leven, werkzaam leven, levensgeluk, kwaliteit van leven en economische groei mogelijk maken. Wederom afhankelijk van de exacte definitie betreft dit 13-15% van onze welvaart, uitgedrukt als percentage van ons bruto nationaal product (BNP). Dit percentage van ons BNP is ook iets waar we ons druk over maken: de groei van de kosten van de gezondheidszorg zou maximaal gelijke tred moeten houden met de groei van het BNP. Technologische ontwikkelingen in de gezondheidszorg voeren de druk echter op. Overleving in de oncologie en cardiologie is de afgelopen decennia fors verbeterd, maar de kosten zijn navenant behoorlijk gestegen. De demografische ontwikkeling helpt hier ook niet mee: dubbele vergrijzing met een steeds groter aandeel ouderen in de samenleving en binnen de ouderen/65-plussers een toenemend aandeel van 75-plussers, met toenemende zorgkosten naarmate de leeftijd stijgt. Verbeterde diagnostiek maakt het mogelijk eerder en meer ziekten vast te stellen en te behandelen. Berekeningen geven aan dat bij ongewijzigd beleid dergelijke ontwikkelingen kunnen leiden tot zorgkosten van tegen de 25% van ons BNP in 2050.
In deze nascholing wordt ingegaan op de diverse aspecten van de farmaco-economie: de basale methode, de inbedding in de politiek en het beleid, de historische aanloop tot de huidige situatie, richtlijnen voor farmaco-economie inclusief disconteren, de 'cost-effectiveness plane' en diverse voorbeelden. Actuele voorbeelden die worden gebruikt betreffen nieuwe orale anticoagulantia (NOAC's) en het vaccin tegen baarmoederhalskanker (HPV-vaccin), veelal rechtstreeks ontleend aan de website van het Zorginstituut Nederland (ZiN). Het geheel wordt ingekaderd binnen de algehele discussie over de betaalbaarheid van de zorg en de maatregelen die bij de geneesmiddelen genomen worden: meer stringente vergoedingslimieten, preferentiebeleid, overheveling, 'de sluis' en weesgeneesmiddelen.
Leerdoelen
Na afloop van dit nascholingsprogramma:
- kent u de kernbegrippen van de farmaco-economie;
- kan u de ontwikkelingen in de farmaco-economie plaatsen binnen het bredere kader van het geneesmiddelbeleid;
- kan u dergelijke ontwikkelingen tevens plaatsen binnen een internationaal kader voor de farmaco-economie;
- kan u de rol van de farmaco-economie plaatsen in de historische ontwikkeling en de huidige politieke constellatie;
- kan u een rechtoe-rechtaan farmaco-economische berekening uitvoeren;
- kan u specifieke farmaco-economische concepten – en de dilemma’s die erbij meespelen – benoemen en toelichten;
- kent u specifieke voorbeelden van geneesmiddelbeoordelingen waar de farmaco-economie een grote rol speelde, zowel t.a.v. vaccins, dure geneesmiddelen voor zeldzame ziekten en block-busters (zoals de NOACs);
- kan u specifieke richtlijnen voor farmaco-economisch onderzoek benoemen en de reikwijdte ervan toelichten.
Auteur
Prof. dr. Postma, M.
Maarten Postma is hoogleraar Farmaco-economie aan de Rijksuniversiteit Groningen en hoogleraar Global Health Economics aan het Universitair Medisch Centrum Groningen. Hij heeft circa 500 publicaties op zijn naam staan, waaronder vele in gerenommeerde medische en (farmaco-)economische internationale bladen. Hij is adviseur voor diverse overheden inzake geneesmiddelbeleid (waaronder Nederland, Wales en België), lid van UK’s Joint Committee of Vaccination & Immunization, adviseur voor vaccinbeleid bij de WHO en betrokken bij diverse adviesraden voor specifieke geneesmiddelen en producenten. Hij beoordeelt onderzoeksvoorstellen voor de EU, de KNMP, Estonian Research Council en de Kazachstaanse Board for Science & Technology. Hij verzorgt onderwijs aan de universiteiten van Groningen, Bielefeld en Ankara en is veelvuldig spreker op nationale en internationale congressen (recentelijk Vilnius, Praag, Bandung, Solo, Djokjakarta, Djakarta, Hanoi, Bisjkek, Londen, Parijs en Berlijn). Professor Postma heeft tot op heden 35 collega’s naar een academische promotie begeleid en verricht momenteel onderzoek met een team van circa 50 medewerkers, waarvan er circa 30 onderzoek verrichten binnen het kader van promotie-onderzoek. Belangenconflicten: Prof. dr. Maarten Postma deed diverse wetenschappelijke projecten en adviesraden met vele farmaceutische bedrijven.
Opmerkingen
Afsluitende toets
De KNMP kent accreditatiepunten toe als u de bijbehorende toets succesvol (≥ 60% correct beantwoord) hebt afgerond.
Nota bene
Houd bij hoe lang u met dit programma bezig bent geweest. Het is voor de redactie van AccreDidact nuttig te weten hoeveel tijd u in totaal nodig hebt gehad om het gehele programma door te werken, de opdrachten uit te voeren, de vragen te beantwoorden en ten slotte alle vragen op de losse toets volledig en adequaat te beantwoorden. Als u de toets volledig hebt ingevuld, ga dan na hoeveel tijd u in totaal aan dit programma besteed hebt. Vul de totaal bestede tijd in na afronding van de toets.
Verdieping
De externe links naar artikelen en andere verdiepende internetbronnen zijn ondergebracht in de Verdieping. Ook vindt u toelichtende tekst, figuren en tabellen in de Verdieping. In de Verdieping wordt u naar een externe pagina geleid, het huidige venster blijft actief. De Verdieping herkent u aan één van de volgende symbolen:
Disclaimer
Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enige andere manier, zonder voorafgaande toestemming van de uitgever. Voorzover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16B Auteurswet 1912 j° het Besluit van 20 juni 1974, St.b. 351, zoals gewijzigd bij Besluit van 23 augustus 1985, St.b. 471 en artikel 17 Auteurswet 1912, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht. Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatie- of andere werken (artikel 16 Auteurswet 1912), in welke vorm dan ook, dient men zich tot de samenstellers/uitgever te wenden.
De uitgever heeft datgene gedaan wat redelijkerwijs van haar kan worden gevergd om de rechten van de auteursrechthebbenden op de beelden te regelen volgens de wettelijke bepalingen. Degenen die menen rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich alsnog tot de uitgever wenden. Deze zal in navolgende drukken van dit werk dergelijke omissies corrigeren.
De inzichten in de geneeskunde en wetenschap zijn voortdurend aan verandering onderhevig als gevolg van onderzoek en ervaring. De redactie, auteurs en uitgever zijn uiterst zorgvuldig te werk gegaan, om ervoor te zorgen dat de in dit nascholingsprogramma verstrekte informatie, in overeenstemming is met de huidige kennis van zaken. Dit ontslaat de gebruiker van deze nascholing echter niet van de verplichting om aan de hand van bestaande richtlijnen, protocollen en wetenschappelijke informatie te controleren of de daar verstrekte informatie afwijkt van de gegevens in dit boek en daarmee vast te stellen of de inhoud nog in overeenstemming is met de huidige stand van zaken ten aanzien van kennis en handelen.
Ondanks alle aan de samenstelling van deze uitgave bestede zorg, zal noch de uitgever, noch de auteur aansprakelijkheid aanvaarden voor eventuele schade die zou kunnen voortvloeien uit enige fout die in deze uitgave zou kunnen voorkomen.
Definitie en technische kant van farmaco-economie
Farmaceutische markt: de rol van de farmaco-economie
Opdracht
Beantwoord eerst de vragen voordat u de nascholing verder doorwerkt.