Header afbeelding

Overgangsklachten (demo)

2018/1

Overgangsklachten (demo)

2018/1

Samenvatting

De overgang − oftewel het climacterium − krijgt nog steeds heel erg veel belangstelling, zowel bij vrouwen zelf als in de media. Bij redacties van tijdschriften, maar ook bij apothekers en dokters, is rust gekomen na de stormen over de gevolgen van het gebruik van hormonen ter bestrijding van overgangsklachten. Sindsdien zijn er niet veel nieuwe inzichten gekomen, maar wat is er na de storm overgebleven?

Overgangsklachten

Als we kijken naar de vrouwelijke hormonen, dan is het duidelijk dat de overgang de periode is van de vruchtbare naar de niet-vruchtbare periode in het leven van een vrouw. Afnemende oestrogeenspiegels gaan gepaard met een aantal daarmee samenhangende verschijnselen. Dat zijn menstruatieveranderingen, opvliegers en transpiratieaanvallen, en vaginale droogte (urogenitale atrofie). Dit worden de typische overgangsverschijnselen genoemd. Vrijwel geen vrouw ontkomt aan één of meer van deze verschijnselen.

In het algemeen zullen deze verschijnselen wel bekend zijn, maar is ook bekend dat menstruatieveranderingen bij een aantal vrouwen anemie (bloedarmoede) veroorzaakt, dat de andere verschijnselen al voor kunnen komen voordat de menstruaties onregelmatig worden en voordat de menopauze bereikt is? Wordt aandacht besteed aan de persoon met de overgangsklachten? Wordt die serieus genomen en wordt gewezen op een aantal andere, niet-medicamenteuze benaderingsmogelijkheden, die ertoe bijdragen om de natuur te nemen zoals die zich aandient?
Het lijkt goed een en ander nog eens op een rij te zetten in het licht van de huidige inzichten.

Bestaan er atypische overgangsverschijnselen?

Zeker leken, de media, vrouwenorganisaties en partners, maar ook apothekers en dokters, menen dat er ook andere overgangsverschijnselen bestaan dan de bovenstaande hormoongebonden klachten en verschijnselen. Stemmingsstoornissen, slapeloosheid, moeheid, gewrichtspijnen, hoofdpijn, buikpijn et cetera worden meer of minder toegeschreven aan de overgang. Is daar nu iets van waar of niet? Wordt het gevoel dat er een verband is gesteund door de literatuur?

Medicamenteuze behandeling

Lange tijd is er een neiging geweest − zeker onder mannen en ook onder mannelijke apothekers − om te zeggen dat de overgang bij het leven hoort; daar behoort in beginsel geen therapie voor gegeven te worden. Deze neiging is wel veranderd.

Na een periode waarin vrij gemakkelijk geadviseerd werd een behandeling te vragen voor min of meer hinderlijke overgangsklachten, worden huisartsen de laatste jaren minder vaak geconsulteerd in verband met overgangsklachten dan voorheen. Mogelijk houdt deze daling verband met publicaties over de risico’s van hormoontherapie op trombo-embolische complicaties en borstkanker, waardoor veel artsen en patiënten terughoudend werden in de keuze voor hormoonpreparaten. Zo werd in 2001 in Nederland aan 5,6% van de vrouwen tussen de 40 en 74 jaar hormoontherapie voorgeschreven; in 2004 was dit gedaald naar 1,7%.

Ook nu nog heeft een belangrijk deel van de vrouwen dermate last van overgangsklachten dat ze er al dan niet via de huisarts of de apotheek iets voor willen gebruiken. Werken oestrogenen nog steeds het beste? Wanneer wel en wanneer geen toevoeging van progestagenen? Immers, na toevoeging van een progestageen wordt er weer maandelijks ‘gemenstrueerd’. Wanneer behoeft niet meer gemenstrueerd te worden, of mogen oestrogenen met progestagenen tezamen in lage dosering gegeven worden om menstruatie liefst niet meer op te laten treden? Zijn er zinvolle en liefst bewezen werkzame andere behandelmogelijkheden? Wat is er precies waar gebleken omtrent het verhoogde risico op borstkanker door oestrogeengebruik vóór, in en na de overgang?

Allemaal vragen die kunnen leven, en beantwoord kunnen en moeten worden voor een goed functioneren als apothekersassistent anno 2018.

Bekijk hier de introductie op de nascholing:

 

Leerdoelen

Algemeen leerdoel: na afronding van dit nascholingsprogramma is jouw kennis over de overgang en overgangsklachten geactualiseerd en ben je op de hoogte van de medische en farmaceutische kanten daarvan. Daardoor ben je beter in staat patiënten te begrijpen en te begeleiden wanneer ze vragen hebben over overgangsklachten, de behandeling daarvan, het staken van medicatie om overgangsklachten te behandelen et cetera.

Dit leerdoel bereik je na het afronden van dit nascholingsprogramma, doordat je:

  • kennis hebt van de normale menstruele cyclus, de overgang en de menopauze;
  • kennis hebt van de werking en bijwerkingen van oestrogenen en progestagenen;
  • op de hoogte bent van de laatste ontwikkelingen en inzichten betreffende benadering, begrijpen, behandeling en medicatie van overgangsklachten;
  • kennis hebt van de andere behandelingsmogelijkheden die er zijn buiten hormonale therapie.

Auteur

Lieshout, G.J.C.M. van

Gert van Lieshout is arts en oud-huisarts. Na achttien jaar fulltime huisarts te zijn geweest, is Gert parttime als huisarts gaan werken en is hij zich met nascholing gaan bezighouden. Als een van de oprichters van AccreDidact is hij zestien jaar actief geweest met het ontwikkelen van schriftelijke geaccrediteerde nascholing voor huisartsen, apothekers, doktersassistenten en apothekersassistenten. Momenteel is hij nog actief bij de ontwikkeling van cursusmaterialen voor mondelinge geaccrediteerde nascholing aan apothekers en van schriftelijke geaccrediteerde nascholing zoals deze.

Opmerkingen

De toets

Bij dit programma hoort een afsluitende toets. Alle vragen van de toets moeten beantwoord worden. Wanneer je minimaal negen van de veertien vragen goed hebt beantwoord, heb je de toets gehaald. Je kunt dan een certificaat van dit nascholingsprogramma krijgen. Als je registratienummer bij AccreDidact bekend is, worden je punten toegevoegd aan je digitale portfolio bij KABIZ.

Nota bene

Houd bij hoe lang je met dit programma bezig bent. Voor de eindredactie van AccreDidact en bijvoorbeeld ook voor een accrediterende instantie is het nuttig te weten hoe lang je met dit programma bezig bent geweest. Wij vragen je bij te houden hoeveel tijd je in totaal nodig hebt gehad om het gehele programma door te werken, de opdrachten uit te voeren, de vragen te beantwoorden en alle vragen op de toets volledig te beantwoorden. Als je de toets helemaal hebt ingevuld, kijk dan hoeveel tijd je in totaal bezig bent geweest. 

Verdieping

De externe links naar artikelen en andere verdiepende internetbronnen zijn ondergebracht in de Verdieping. Ook vind je soms toelichtende figuren en tabellen in de Verdieping. In de Verdieping word je naar een externe pagina geleid, het huidige venster blijft actief. De Verdieping herken je aan één van de volgende symbolen:

verdieping icoon

Fysiologie en bespreking overgangsklachten

Omschrijvingen en fysiologie van de menstruele cyclus

Opdracht

Test eerst de kennis die je nu hebt − voordat je dit onderdeel door gaat lezen − en beantwoord de volgende vragen. Het is normaal dat je de vragen niet geheel of misschien wel helemaal niet kunt beantwoorden.

Vraag 1

We kijken naar het menstruatiepatroon. De periode die overgang of climacterium genoemd wordt, beslaat de periode waarin de menstruaties ..... worden en eindigt ..... jaar/jaren na de menopauze. 

Verklarende woordenlijst
Literatuurlijst
  • Bouma J, De Jonge M, De Laat EAT, et al. NHG-Standaard De overgang. Huisarts Wet 2012;55(4):168-72. https://www.nhg.org/standaarden/samenvatting/de-overgang
  • Meijer LJ, Bruinsma ACA, Pameijer AS, et al. NHG-Standaard Vaginaal bloedverlies (derde herziening). Huisarts Wet 2014; 57(8):406-14.     https://www.nhg.org/standaarden/samenvatting/vaginaal-bloedverlies
  • NVOG Richtlijn 69, Hormoontherapie van klachten in het climacterium en de postmenopauze. Utrecht: NVOG, september 2005. nvog-documenten.nl/index.php?pagina=/richtlijn/pagina.php&fSelectTG_62=75&fSelectedSub=62&fSelectedParent=75 > nvog > voortplantingsgeneeskunde > hormoontherapie.
  • Van Kasteren YM. Prematuur ovarieel syndroom. Ned Tijdschr Geneeskd 2000;144(45):2142-6.
  • NVOG Richtlijn 39, Prematuur ovarieel falen. Utrecht: NVOG, 2001. nvog-documenten.nl/index.php?pagina=/richtlijn/pagina.php&fSelectTG_62=75&fSelectedSub=62&fSelectedParent=75.
  • Farmacotherapeutisch Kompas 2016; www.farmacotherapeutischkompas.nl/bladeren-volgens-boek/inleidingen/inl-middelen-bij-climacterische-klachten
  • Oldenhave A. Klachten bij vrouwen in de overgang. Resultaten uit het derde Ede-onderzoek. Tijdschr Huisartsgeneeskd 1993;10(2):89-93.
  • Groeneveld FPMJ. Overgangsklachten: wat is climacterieel en wat niet? Tijdschr Huisartsgeneeskd 1998;15(11):bijlage:3-7.
  • Kleiverda G. Is het de overgang? Ned Tijdschr Geneeskd 2012;156(41):1715-8.
  • Van Leusden HAIM. De menopauze en depressie. Mod Med 2003;27(1):24-9.
  • Van de Weijer PHM. Opvliegers met oestrogenen de baas. Pharm Weekbl 2009;144(10):34-5.
  • Van de Weijer PHM, Barentsen R. Kortetermijneffecten van hormoontherapie. Wat wel en wat niet te geloven. Pharm Weekbl 2004;139(14):476-81.
  • Baltesen F, Croon M. Hormoontherapie kent een groot placebo-effect. Pharm Weekbl 2014;149(22/23):11-3.
  • Helmerhorst FM, Bijl D. Behandeling van overgangsklachten. Geneesmiddelenbull 2002;36(10):109-15.
  • Van de Weijer PHM, Barentsen R. De overgang. Tussen medicalisering en ontkenning. Pharm Weekbl 2001;136(44):1640-4.
  • Hormoontherapie van klachten in het climacterium en de postmenopauze. De NVOG-richtlijn besproken. Pharm Sel 2006;22(7):81-3.
  • Mijatovic V, Van der Slikke JW. De overgang: klinische verschijnselen en evidence-based behandelopties anno 2009. Mod Med 2009;33(7/8):240-5.
  • Maas AHEM, Van Gilst WH, Verheugt FWA. Hormonale suppletietherapie bij vrouwen:     effecten op het cardiovasculaire systeem. Ned Tijdschr Geneeskd 2001;145(2):65-9.
  • Van der Waals FW. Vrouwen in de overgang: klachten en behandelingsmogelijkheden. Tijdschr Huisartsgeneeskd 1998;15(11):bijlage:15-8.
  • Barentsen R, Van de Weijer PHM. Minder verwarring bij de behandeling van overgangsklachten. Mod Med 2006;30(3):153-5.
  • Huizinga-Arp CRC, Van de Weijer PHM. ‘Hormoonpaniek’ onnodig bij jonge vrouwen. Pharm Weekbl 2008;143(8):22-3.
  • Barentsen R, Van de Weijer PHM. Alternatieven voor hormoontherapie. Minder effectief, maar     ruime keuze. Pharm Weekbl 2004;139(14):498-501.
  • Kramer SF, Spuls Ph. Niet-hormonale behandeling van opvliegers na behandelde borstkanker. Ned Tijdschr Geneeskd 2011;155(17):810.
  • Bijl D. Isoflavonen niet werkzaam bij postmenopauzaal botverlies en overgangsklachten. Geneesmiddelenbull 2011;45(11):131-2.

Interessante websites:

www.thuisarts.nl/overgang/ik-ben-in-overgang
www.vidotilburg.nl
www.careforwomen.nl
www.nvog.nl/voorlichting/NVOG+Voorlichtingsbrochures/default.aspx

Externe bronnen
Help en toelichting

Hieronder vindt u een korte beschrijving als hulp bij het gebruik van de eLearning- en eindtoetsmodule van AccreDidact.

U kunt dit scherm (en andere schermen in deze module) sluiten door rechts bovenin op het blauwe kruis te klikken. Heeft u ondanks de onderstaande instructie toch nog vragen? Neem dan gerust contact met AccreDidact op: klik hier.

Menu en navigatie

De menu-navigatie bevindt zich aan de linkerkant en bevat de indeling van het programma. U ziet hier direct uw voortgang en door te klikken op reeds gelezen hoofdstukken kunt u navigeren door het programma. Als u een hoofdstuk heeft afgerond, wordt het menu bijgewerkt en ziet u dus uw voortgang.

Onder de inhoudsopgave vindt u verder – soms optioneel – de leerdoelen, informatie over de auteur(s), links naar externe bronnen en deze helpfunctie. Eenmaal geopend kunt u deze items sluiten door op het blauwe kruis rechts bovenin te klikken.

U kunt het menu ‘in- en uitklappen’ door op onderstaand icoon te klikken.

hamburger

Vragen beantwoorden

De vragen in deze module – entreetoets, tussenvragen, vragen bij een casus en toetsvragen – kunt u beantwoorden door een of meer vakjes aan te klikken of – in het geval van open vragen – tekst te typen in het tekstvak. Zodra uw antwoord is genoteerd, verschijnt het juiste antwoord met een toelichting en kunt u verder lezen.

Let op: in sommige browsers moet u – bij open vragen – naast het tekstvak klikken om uw antwoord vast te leggen en verder te kunnen gaan.

Let op: bij meerkeuzevragen met meer opties dient u altijd even te bevestigen wat uw definitieve antwoord is, zie de afbeelding hieronder. Nota bene: heeft een meerkeuzevraag slechts een enkel goed antwoord dan staat voor de antwoordcategorieën geen vierkantje maar een rondje.

meerkeuze

Kan ik tussentijds stoppen en afsluiten?

Ja, dat kan. Uw voortgang en ingevoerde antwoorden blijven bewaard voor de volgende keer dat u het programma weer opent.

Verdieping

Op diverse plaatsen in de tekst vindt u in de rechtermarge een icoon dat aangeeft dat er op dit punt een verdieping staat. Een verdieping kan extra toelichting of aanvullende informatie bevatten. U opent de verdieping door op het icoon te klikken en kunt deze weer sluiten door op het blauwe kruis rechts bovenin te klikken.

verdieping2

Noten

In de lopende tekst vindt u in een donker rondje de noten: als u erop klikt ziet u de achterliggende tekst. Met een volgende klik sluit de noot en kunt u weer verder.

Externe links

Zowel de lopende tekst als verdiepingen en de toelichting op vragen kunnen links naar externe websites bevatten. Als u hierop klikt, wordt er altijd een nieuw venster of tabblad in uw browser geopend. Hierdoor blijft de module van AccreDidact beschikbaar.

Afbeeldingen

De afbeeldingen die u in de programma’s van AccreDidact aantreft, zijn mogelijk geschaald om ze goed weer te geven in de lopende tekst. U kunt altijd op de afbeelding klikken om deze te tonen in het werkelijke formaat, zodat u eventuele details beter kunt zien. U kunt de afbeelding weer sluiten door ergens in uw scherm te klikken.

Literatuurlijst, leerdoelen en auteurs

Deze items vindt u aan de linkerkant van het scherm, in het menu onder de inhoudsopgave. Als u een item geopend heeft, kunt u dit sluiten door op het blauwe kruis rechts bovenin te klikken.

Eindtoets

De afsluitende toets bestaat uit meerkeuzevragen. Net als in de eLearning is er naast de vraagstelling ook een visueel verschil tussen vragen met een goed antwoord (rondjes) en vragen waarbij u om meerdere antwoorden wordt gevraagd (vierkantjes).

Heeft u de toets gehaald dan komt u in een scherm waarin u een korte enquête over de nascholing kunt invullen. Daarna kunt u uw punten direct laten toevoegen aan GAIA/PE-Online/KABIZ/KRT (kies ‘nee’ als u niet geregistreerd bent of uw punten elders verzamelt) en aangeven hoe lang u over de nascholing, inclusief toets, heeft gedaan.

U heeft drie pogingen om de eindtoets met een voldoende af te ronden. Mocht u nog een poging nodig hebben dan moet de toets gereset worden (zie hieronder). U zult de eLearning dan opnieuw moeten doorlopen.

resultaat

Externe bronnen en verklarende woordenlijst

Indien nuttig kunnen aan een eLearning externe bronnen (denk aan een online rekentool of het Farmacotherapeutisch Kompas) en/of een woordenlijst worden toegevoegd. Net als bij alle andere vensters geldt dat u deze met een klik op het blauwe kruis rechts bovenin sluit.

Beeld bij dit programma
Leerdoelen

Algemeen leerdoel: na afronding van dit nascholingsprogramma is jouw kennis over de overgang en overgangsklachten geactualiseerd en ben je op de hoogte van de medische en farmaceutische kanten daarvan. Daardoor ben je beter in staat patiënten te begrijpen en te begeleiden wanneer ze vragen hebben over overgangsklachten, de behandeling daarvan, het staken van medicatie om overgangsklachten te behandelen et cetera.

Dit leerdoel bereik je na het afronden van dit nascholingsprogramma, doordat je:

  • kennis hebt van de normale menstruele cyclus, de overgang en de menopauze;
  • kennis hebt van de werking en bijwerkingen van oestrogenen en progestagenen;
  • op de hoogte bent van de laatste ontwikkelingen en inzichten betreffende benadering, begrijpen, behandeling en medicatie van overgangsklachten;
  • kennis hebt van de andere behandelingsmogelijkheden die er zijn buiten hormonale therapie.
Samenvatting

De overgang − oftewel het climacterium − krijgt nog steeds heel erg veel belangstelling, zowel bij vrouwen zelf als in de media. Bij redacties van tijdschriften, maar ook bij apothekers en dokters, is rust gekomen na de stormen over de gevolgen van het gebruik van hormonen ter bestrijding van overgangsklachten. Sindsdien zijn er niet veel nieuwe inzichten gekomen, maar wat is er na de storm overgebleven?

Overgangsklachten

Als we kijken naar de vrouwelijke hormonen, dan is het duidelijk dat de overgang de periode is van de vruchtbare naar de niet-vruchtbare periode in het leven van een vrouw. Afnemende oestrogeenspiegels gaan gepaard met een aantal daarmee samenhangende verschijnselen. Dat zijn menstruatieveranderingen, opvliegers en transpiratieaanvallen, en vaginale droogte (urogenitale atrofie). Dit worden de typische overgangsverschijnselen genoemd. Vrijwel geen vrouw ontkomt aan één of meer van deze verschijnselen.

In het algemeen zullen deze verschijnselen wel bekend zijn, maar is ook bekend dat menstruatieveranderingen bij een aantal vrouwen anemie (bloedarmoede) veroorzaakt, dat de andere verschijnselen al voor kunnen komen voordat de menstruaties onregelmatig worden en voordat de menopauze bereikt is? Wordt aandacht besteed aan de persoon met de overgangsklachten? Wordt die serieus genomen en wordt gewezen op een aantal andere, niet-medicamenteuze benaderingsmogelijkheden, die ertoe bijdragen om de natuur te nemen zoals die zich aandient?
Het lijkt goed een en ander nog eens op een rij te zetten in het licht van de huidige inzichten.

Bestaan er atypische overgangsverschijnselen?

Zeker leken, de media, vrouwenorganisaties en partners, maar ook apothekers en dokters, menen dat er ook andere overgangsverschijnselen bestaan dan de bovenstaande hormoongebonden klachten en verschijnselen. Stemmingsstoornissen, slapeloosheid, moeheid, gewrichtspijnen, hoofdpijn, buikpijn et cetera worden meer of minder toegeschreven aan de overgang. Is daar nu iets van waar of niet? Wordt het gevoel dat er een verband is gesteund door de literatuur?

Medicamenteuze behandeling

Lange tijd is er een neiging geweest − zeker onder mannen en ook onder mannelijke apothekers − om te zeggen dat de overgang bij het leven hoort; daar behoort in beginsel geen therapie voor gegeven te worden. Deze neiging is wel veranderd.

Na een periode waarin vrij gemakkelijk geadviseerd werd een behandeling te vragen voor min of meer hinderlijke overgangsklachten, worden huisartsen de laatste jaren minder vaak geconsulteerd in verband met overgangsklachten dan voorheen. Mogelijk houdt deze daling verband met publicaties over de risico’s van hormoontherapie op trombo-embolische complicaties en borstkanker, waardoor veel artsen en patiënten terughoudend werden in de keuze voor hormoonpreparaten. Zo werd in 2001 in Nederland aan 5,6% van de vrouwen tussen de 40 en 74 jaar hormoontherapie voorgeschreven; in 2004 was dit gedaald naar 1,7%.

Ook nu nog heeft een belangrijk deel van de vrouwen dermate last van overgangsklachten dat ze er al dan niet via de huisarts of de apotheek iets voor willen gebruiken. Werken oestrogenen nog steeds het beste? Wanneer wel en wanneer geen toevoeging van progestagenen? Immers, na toevoeging van een progestageen wordt er weer maandelijks ‘gemenstrueerd’. Wanneer behoeft niet meer gemenstrueerd te worden, of mogen oestrogenen met progestagenen tezamen in lage dosering gegeven worden om menstruatie liefst niet meer op te laten treden? Zijn er zinvolle en liefst bewezen werkzame andere behandelmogelijkheden? Wat is er precies waar gebleken omtrent het verhoogde risico op borstkanker door oestrogeengebruik vóór, in en na de overgang?

Allemaal vragen die kunnen leven, en beantwoord kunnen en moeten worden voor een goed functioneren als apothekersassistent anno 2018.

Bekijk hier de introductie op de nascholing:

 

Auteur

Lieshout, G.J.C.M. van

Gert van Lieshout is arts en oud-huisarts. Na achttien jaar fulltime huisarts te zijn geweest, is Gert parttime als huisarts gaan werken en is hij zich met nascholing gaan bezighouden. Als een van de oprichters van AccreDidact is hij zestien jaar actief geweest met het ontwikkelen van schriftelijke geaccrediteerde nascholing voor huisartsen, apothekers, doktersassistenten en apothekersassistenten. Momenteel is hij nog actief bij de ontwikkeling van cursusmaterialen voor mondelinge geaccrediteerde nascholing aan apothekers en van schriftelijke geaccrediteerde nascholing zoals deze.

Opmerkingen

De toets

Bij dit programma hoort een afsluitende toets. Alle vragen van de toets moeten beantwoord worden. Wanneer je minimaal negen van de veertien vragen goed hebt beantwoord, heb je de toets gehaald. Je kunt dan een certificaat van dit nascholingsprogramma krijgen. Als je registratienummer bij AccreDidact bekend is, worden je punten toegevoegd aan je digitale portfolio bij KABIZ.

Nota bene

Houd bij hoe lang je met dit programma bezig bent. Voor de eindredactie van AccreDidact en bijvoorbeeld ook voor een accrediterende instantie is het nuttig te weten hoe lang je met dit programma bezig bent geweest. Wij vragen je bij te houden hoeveel tijd je in totaal nodig hebt gehad om het gehele programma door te werken, de opdrachten uit te voeren, de vragen te beantwoorden en alle vragen op de toets volledig te beantwoorden. Als je de toets helemaal hebt ingevuld, kijk dan hoeveel tijd je in totaal bezig bent geweest. 

Verdieping

De externe links naar artikelen en andere verdiepende internetbronnen zijn ondergebracht in de Verdieping. Ook vind je soms toelichtende figuren en tabellen in de Verdieping. In de Verdieping word je naar een externe pagina geleid, het huidige venster blijft actief. De Verdieping herken je aan één van de volgende symbolen:

verdieping icoon